Kakkerlakken, lamballen & marihuana

23 april 2014 - Dubrovnik, Kroatië

Nog niet zo lang geleden hebben we een nog een bericht geplaatst op de weblog over onze reis tot aan Bosnië en Hercegovina (of makkelijker: Bosnië). Toch plaatsen we nu alweer een bericht en wel alleen over dit mooie land. Letterlijk vanaf het eerste tot en met het laatste uur dat we hebben doorgebracht in Bosnië zijn de bijzondere ervaringen ons aan komen waaien. Dit land was voor ons ongetwijfeld het hoogtepunt tot nu toe. Tijd dus voor een nieuw bericht met foto’s!

We waren gebleven in Kroatië bij de Plitvice meren. Maandag 7 april, de dag nadat we de meren bezocht hadden, besloten we Bosnië in te rijden richting Sarajevo om te zien hoe ver we zouden komen. Aan de hand van onze reisgids, de Lonely Planet, bedachten we een paar kleine tussenstops om even een uitstapje te maken. Na een half uur rijden volgde al de eerste stop in het nationale park “Una”, vernoemd naar de rivier die er doorheen stroomt. Tijd voor een kleine wandeling, dachten we. Na nog geen tien minuten lopen kwam er een auto langzaam naast ons rijden met drie Nederlanders en een Bosniër die we even kort zullen voorstellen.

Groepsfoto

Achter het stuur zat Benjamin: die gelift was naar Slovenië om vervolgens op de fiets door te reizen richting China. In Bosnië is hij in de winter blijven hangen en heeft in Sarajevo Harm ontmoet. Harm studeert geschiedenis en doet  onderzoek voor zijn master naar de oorlog in de Balkan in de negentiger jaren. Hij weet veel te vertellen over van alles en nog wat en kan bovendien vloeiend de taal spreken in Bosnië. Een ideale reisgenoot! In de auto zat ook zijn broer Guus, hij kwam Harm voor een korte tijd opzoeken. Tenslotte is er nog de Bosniër Izet, een ranger van het park Una die Benjamin had leren kennen toen hij langs kwam fietsen. Izet stelde voor om ons samen met de Nederlanders rond te leiden in de omgeving, een voorstel dat we natuurlijk niet af konden slaan!

We staakten onze wandeling, haalden het busje op en reden ver het park in achter de huurauto aan van de Nederlanders. De rit werd om de haverklap onderbroken om foto’s te maken. Izet heeft namelijk de passie om vijfhonderd tot duizend foto’s per dag te maken en deze zonder selectie up te loaden naar zijn website. Na elke foto die hij maakt zegt hij trots in het Duits “super”, of “perfekt”, iets wat na enige tijd redelijk op onze lachspieren begon te werken. Deze ietwat overenthousiaste ranger leidde ons naar het middelpunt van het park waar hij ons gratis toegang gaf tot de privécamping, niks te klagen. Ondertussen werden we nog een keer gefilmd voor het promofilmpje van het park en wilde hij nog een paar interviews met ons voor zijn website.

Waterval in park Una

De watervallen in het park zijn prachtig. Of zoals Izet telkens zei: “Paradis, paradis”, alsof we ons in een paradijs begaven. Ook de ruïnes die hij ons daarna liet zien waren erg mooi. Overal waar Izet ons mee naartoe nam begon Nico maar volop mee te fotograferen om Izet tevreden te houden. We maakten ook nog tussenstop bij een man waarvan voor ons nog steeds onduidelijk is wie hij is. Het enige dat we weten is dat hij iets met het park te maken heeft. Hoe dan ook, bij aankomst werd ons gelijk de regionale drank rakija aangeboden. Dit net iets te sterke drankje wordt bij veel Bosniërs thuis gemaakt van verschillende soorten vruchten en is eigenlijk best lekker. Wanneer je probeert te gebaren dat je nog moet rijden wordt er gelachen en krijg je het drankje rustig in je handen gedrukt. Zivjeli!

Rakija!

’s Avonds was Izet naar huis gegaan en hadden we een mooi avondje met de Nederlanders bij een kampvuurtje in het park, waar ook zij in hun tentjes sliepen. We hadden een fles rakija meegekregen van bovengenoemde onbekende meneer, dus met een gitaartje en biertje erbij leverde dat een mooie avond op…

Kampvuur...

De volgende dag stonden we rustig op om een beetje door het park te wandelen. Met veel tussenstops langs de rivier en een paar frisse duiken kwamen we ’s middags terug bij de camping om nog even bij het kampvuurtje te zitten. Er kwam een busje langsgereden van de Rafting-organisatie. Het busje stop even en er ging een raampje open waaruit iemand riep: “Goed bezig mannen!”. Alsof we nog niet genoeg Nederlanders ontmoet hadden kwamen de Nederlanders uit het busje ons de tweede avond bij het kampvuur vergezellen. De Groningers heetten Amir en Bjorn. Amir noemde Nederlanders ‘kakkerlakken’, je vindt ze overal en zijn niet weg te krijgen. Zit wel wat in. Amir was slachter als beroep in Nederland. Hij bood ons aan om een lammetje voor ons te regelen om die een van de daaropvolgende dagen op traditionele wijze te laten slachten en deze aan het spit te braden. Dit leek ons wel een bijzonder ervaring, dus dat wilden we wel!

De volgende dag hadden we besloten om ook te gaan raften samen met de drie Nederlanders. We stonden om negen uur op in de regen en het was KOUD! We waren pas de tweede groep in het seizoen en dat we begrepen we wel. Om goed mee te kunnen leven zou je nu eigenlijk een wetsuit aan moeten trekken en in een bad gaan zitten met water van tien graden, maar voel je niet verplicht. Een paar biertjes hielpen ons om het warm te houden en met een sprong van een brug van negen meter hadden we toch al snel een hoogtepuntje van de dag bereikt. Eenmaal terug had Izet al onze spullen al opgeruimd zodat we op tijd aan zijn planning van de rest van de dag konden beginnen.  Na nog miljoen gedwongen foto’s, op de foto met een willekeurige miljonair en wachten op Izet’s gehackte facebook, was het einde van de dag in zicht en gingen we logeren bij Izet. Wat een Bosnische gastvrijheid! Schoenen uit, hurktoilet, heerlijk.

De dag daarna was het dan zo ver: Amir had voor ons een lammetje gevonden voor 120 euro die we met zijn zessen betaalden. Izet ging niet mee en had volgens ons het gevoel dat zijn toeristen waren afgepakt. Daardoor was het een beetje een moeizaam afscheid helaas, maar we reden toch maar door. Eenmaal bij een huisje beland waar de Bosniër woonde begonnen onze hartjes toch wel iets harder te kloppen, vooral toen we het levende lammetje zagen. De slachter, een oude man met drie tanden, sneed moeiteloos de keel door van het lammetje in zijn donkere schuur. Hij vertelde trots hoe hij voor de oorlog aan veel competities had meegedaan terwijl zijn zevenjarige zoontje assisteerde door met een bezem het bloed weg te vegen. Een bizarre ervaring. Na deze leerzame cursus van de anatomie van een schaap reden we met een netjes ingepakt lammetje richting het vakantiehuisje aan de Una van andere Bosnische jongeren die het voor ons aan het spit zouden rijgen. Na een paar uur wachten volgde een gezellige avond met vooral veel vlees. Met zijn allen graaiden we als dwaze oermensen in het vlees. Ook Izet hadden we nog uitgenodigd, die met de taxi langskwam om nog wat mee te eten (de chauffeur at ook rustig mee). Dit maakte gelukkig alles goed en het was voor Izet een eer om op ons kastdeurtje te mogen schrijven. Overigens hebben we allemaal de geproefd van de ballen van het lammetje. We begrijpen nu eindelijk de diepe betekenis van het spreekwoord ‘je bent wat je eet’: een lambal.

Lammetje before            Lammetje after

Before                                and after...

De volgende ochtend vertrokken we vanaf het vakantiehuisje (waar we zomaar mochten slapen!) richting Sarajevo. We maakten een kleine tussenstop bij de watervallen bij Jajce, maar waren ondertussen al zo verwend door mooie uitzichten dat we al snel doorreden. We gingen staan op een camping vlakbij Sarajevo, om de volgende dag Harm en Guus weer te ontmoeten die ook naar Sarajevo gingen. Harm, die als bijbaantje rondleidingen geeft, kon ons mooi de weg wijzen en van alles vertellen over de geschiedenis. De Joegoslavische oorlog is erg interessant, vooral doordat het zo kort geleden heeft plaatsgevonden. Bijna elke Bosniër die je spreekt heeft het er wel even over en overal om je heen zijn kapotte huizen en kogelgaten te zien. De omgeving in Bosnië is supermooi maar zelfs in een prachtig nationaal park staat een aantal afgebrande huizen. Het contrast is erg bizar. Harm had een hostel voor een vriendenprijs voor ons geregeld, fijn weer even wat luxe. ’s Avonds deden we weer met zijn drieën een zelfbedachte kroegentocht om te eindigen in een grote discotheek waar we Harm en Guus toevallig weer tegenkwamen(!!!). De volgende avond was het zelfs zo erg dat er drie studieverenigingen uit Utrecht waren in Sarajevo. Er waren daardoor bijna honderd Nederlanders in de buurt. Bij die groep Nederlanders zat ook een huisgenootje van Merijn en die hebben we daar ook nog gezien. Het gevolg was dat je in dezelfde discotheek als de avond ervoor willekeurig mensen in het Nederlands aan kon spreken en ze verstonden je. Kakkerlakken!

Waterpijp en Bosnian kafa

Na deze mooie stad bezocht te hebben reden we door naar Mostar, een plaatsje richting de Kroatische kust. Harm en Guus reisden met ons mee. We bleven daar een nacht in een hostel, werden weer mooi rondgeleid door Harm in een mooie en interessante stad. De brug in Mostar is de hoofdattractie en daar kun je ook vanaf springen. Guus wilde erg graag springen maar het was toch net iets te gevaarlijk omdat er veel wind stond. ’s Avonds konden we genieten van live muziek in een cafeetje. De prijzen in Bosnië zijn trouwens erg laag. Een kopje Bosnische koffie haal je bijvoorbeeld op de meeste plaatsen al voor een euro en in een restaurant kan je een lekkere pasta eten voor drie euro! Ook eten we veel Cevapi, een echt Balkan vleesgerecht waarvoor je meestal ook maar 3 tot 4 euro betaalt.

Mostar

De laatste dag in Bosnië was alweer aangebroken. Dit was zeker niet de minst saaie dag. Zoals al eerder gezegd was Bosnië een beleving tot en met het laatste uur: de grensovergang. Omdat we Harm en Guus in Kroatië wilde afzetten hadden we een erg onhandige route genomen qua grensovergangen. We moesten een stukje  Kroatië in en vervolgens nog twintig kilometer door Bosnië om naar onze laatste Kroatische bestemming te gaan: Dubrovnik. Hierdoor hadden we drie keer een grensovergang! Aangezien we daar nog nooit problemen mee hadden gehad leek het ons niet erg, maar de eerste was gelijk al raak.

Met zijn vijven in het busje kwamen we aan bij de grens. We werden gewaarschuwd dat het bezit van marihuana kon leiden tot een boete van een paar duizend euro en een celstraf. Na rustig te hebben aangegeven dat we hiervan op de hoogte waren werden we aan de kant gestuurd om het busje te laten controleren. Een voor een moesten we de bus uit, onze tas pakken en een hokje in om alles te laten onderzoeken. Het leuke aan deze controle was dat we Harm bij ons hadden. Hij kon namelijk alles wat over ons gezegd werd voor ons vertalen. Zo zeiden ze toen Harm het hokje mee in werd genomen: “Deze ziet er redelijk normaal uit. Hij heeft het meest geld in zijn portemonnee, dit is vast de dealer”. Toen we daarna achter een tafeltje met onze tassen stonden kwamen ze tot de conclusie: “Misschien zijn ze niet gevaarlijk, maar gewoon homo’s”. We probeerden onze lach te onderdrukken en hoorden eindelijk de woorden: “You can go now”.

In Kroatië namen we afscheid van Harm en Guus en hadden nog twee grenzen te gaan. De eerstvolgende was alweer raak. Helaas hadden we dit keer geen tolk bij ons, maar dat mocht de pret niet drukken. De tactiek van de agenten was vooral intimidatie. We werden overvallen met  vragen en dreigende opmerkingen. “Zijn jullie al gecontroleerd bij een grens? Maakt niet uit, wij zijn beter”,  “Waarom ben je zenuwachtig?”, “We denken dat jullie marihuana hebben”, “We vinden het wel” enzovoort. Rustig blijven antwoorden en vooral niet ongeduldig worden. Ze zeiden dat ze gingen controleren of we drugs in ons bloed hadden. Waarom ze dat vervolgens niet deden weten we niet, maar we denken dat het was het om te kijken hoe we reageerden. Vervolgens haalden ze een apparaat er bij die in de auto kon meten of er sporen van drugs waren. Als dit het geval was, dan zou de drugshond gehaald worden. Na even wachten op de uitslag bleken er inderdaad sporen van drugs in de auto te vinden. Logisch, want we hadden de dagen ervoor flink lopen blowen in de bus. Grapje. We snapten er niks van, maar achteraf gezien leek het ons een poging om te kijken of ze ons konden laten knappen. De spanning werd in ieder geval telkens goed opgebouwd. Ze belden om de drugshond te laten komen. Helaas bleek deze ergens in Kroatië en kon dus niet komen. We mochten gaan. We geloven inderdaad dat als je echt iets smokkelde dat het dan moeilijk was om rustig te blijven, maar toch vinden we het een bijzonder manier van controleren.

Zooi

Succes met het doorzoeken van onze bus!

Tijd voor de derde en laatste grensovergang. Hoewel het best gaaf is om een keer mee te maken dat je gecontroleerd wordt, hadden we er toch eigenlijk wel genoeg van. Zonnebril en hoedje af, Bob Marley uitzetten, paspoorten afgeven en hopen dat we niet weer aan de kant hoeven voor een controle. Binnen een paar seconde kregen we de paspoorten terug en mochten we doorrijden. We keken de douane nog een keer verbaasd aan of we echt door mochten rijden maar we werden toch echt niet tegengehouden. Terwijl we probeerden niet al te verdacht te juichen reden we Kroatië in en namen afscheid van Bosnië.

Foto’s

7 Reacties

  1. Marlies:
    23 april 2014
    Ik ga helemaal stuk om dit verhaal, whahaha!
    Genietze kakkerlakken!
    X
  2. Hansje:
    23 april 2014
    Haha superleuk jongens, klinkt echt fantastisch allemaal! Geniet ervan!
  3. Rachel:
    23 april 2014
    Haha, ik kom ook niet meer bij, stelletje lamballen ;-) Klinkt als een heerlijk avontuur, geniet ervan!
  4. Frank Broeder:
    23 april 2014
    Hele leuke verhalen weer!
    Groeten, Frank
    Goede tactiek: dat jullie zelf je spullen nog terug vinden in de bus en douane niet.
  5. Auktje:
    23 april 2014
    Ik las in plaats van promofilm pornofilm ik dacht al wat is dat nu weer voor een ráar gedoe :-) varifocus is dus ook niet alles.
    Lachen hoor wat een avonturen hebben jullie al beleefd.
  6. Frans van Bochoven:
    27 april 2014
    Ik vind het heel interressant om jullie belevenissen te lezen, maar de letters zijn wel klein voor mijn ogen! Ga zo door en ik kijk uit naar de volgende aflevering.
  7. Jan:
    10 mei 2014
    Hallo, Merijn,
    wij vervolgen met belangstelling jullie belevenissen met de VW-Bus. Doen mij een beetje denken aan de tochten die ik per camper met vrienden in Amerika en Ierland ondernam, jaren geleden. Mooie foto's, leuk verslag,, hoewel er wat vragen open blijven. Hoe is het met de verschoningen? Wie wast er af? Veel plezier de verdere reis! Hartelijke groeten ook aan je vrienden, mede namens JMM